Vandaag een eerste doel-wedstrijd op het programma. Het was tijd voor de tijdrit over 46km in het Almeers Triathlon Circuit. Al een paar jaar ben ik op zoek om de muur van 40kmu te slechten en met misschien ietwat overmoed door mijn nieuwe fiets moest het vandaag gaan gebeuren. Niet dat ik ontevreden zou zijn als het niet zou lukken, maar om een record/muur te breken, moet je hem wel te lijf durven en willen gaan. De trainingen verliepen alledrie voorspoedig (buiten)...maar om nu te zeggen dat ik daarmee een reeel doel ging stellen voor mezelf...de 46km zou het me gaan leren. Weggaan op een snelheid van 39kmu vond ik zo...tja, nietszeggend. Als je er dan toch in de buurt komt...dan maar snot voor de ogen, dood of de gladiolen en gaan met die banaan.
Voor de start best wel wat nerveus. Was het wedstrijdspanning of toch het gevoel van fiets en berijder die elkaar nog aftasten. Bij mijn twintig piepjes komt er net een groepje uit een eerdere serie aan, dus het was nog even verder wachten. Uiteindelijk mocht ik weg. Snel het gas open en trappen. De snelheid gaat gauw boven de 40km en de Garmin ijlt langzaamaan richting de goede getallen. Toch merk ik bocht na bocht dat fietsen met windstilte ook niet alles is. Iedere 90 graden verwacht je rugwind maar rij je tegen een eigen voortstuwende tornado aan. De energie meter ging hard naar beneden en ondanks dat ik na één ronde doorkwam met nog 40.4kmu op de teller (voor de web-ontwikkelaar komt de 404 overeen met een page-not-found (zie artikel)...de pagina van 40 gemiddeld raakte ik dan ook prompt kwijt) wist ik al begin tweede ronde dat het vandaag niet ging worden waar ik vurig op hoopte (en onbewust ook op voorbereid was).
Snelheid bleef hoog in de 30, zeer hoog in de 30 en raakte de 40 nooit uit beeld, maar de muur was even te hoog. Hoe ik ook duwde, joeg op hartslag, hoge cadans, lage cadans...kracht, kracht, kracht...na anderhalve ronde was het gedaan en ging Garmin smalend onder de 40. Eind tweede rond preek er een 39,7 treiterend op mijn display...close, but no cigar. Gelukkig mocht ik nog twee rondes om de treiteraar me niet met een zuur gevoel naar huis te laten gaan. De derde ronde bleek identiek aan de tweede ronde. Niet enkel de afstand, maar ook de tijd op de tiende-van-seconde gelijk. Dat is nog eens constant rijden en tempo-gevoel. Of ik het erom deed...tuurlijk! ;) Begin vierde ronde is het licht inmiddels wel uit in mijn ogen en staat de teller op 39.2. Voor me steekt een toeschouwer tergend langzaam over terwijl ik aan kom fietsen. Met mijn knijpoogjes heb ik moeite om afstand in te schatten en het kan 10m maar ook 100m zijn. De beste vrouw kijkt echter van het parcours af...dus ik vloek haar de huid vol. Ze is amper een seconde in de berm als ik voorbij kom. Wellicht niet netjes van me, maar van een toeschouwer bij een dergelijk evenement mag je ook wat alertheid verwachten.
Thomas en Nina (mijn richtpunten op de 3km-deel van de ronde) zijn inmiddels vertrokken richting finish, dus mijn mentale afleiding is hier weg en in het zwarte gat ploeter ik met alle kracht die ik nog heb voort. Cadans 70 en kracht op 100% geeft meer snelheid, maar mijn benen schreeuwen, moord, brand en allerlei andere Godslasterlijke kreten. Verzet lichter, cadans omhoog en mijn benen zijn blij, maar de Garmin begint weer schaterend te zakken in snelheid. Op 3km voor de finish voel ik me dusdanig verrot dat ik zelfs een moment begin te twijfelen of ik wel met twee wielen op de grond nog de finish ga halen. De weg visualiseert zich smaller en smaller en ik begeef me op het slappe koord in een circus-act. De groene boog doemt op en ik verzamel nog alle restjes kracht die ik in welke molecuul ook kan vinden. Vlak voor de finishlijn zie ik Garmin zich overgeven en springt de teller terug naar 39.3. Ik wil een lange neus trekken, maar kan nauwelijks nog balans houden. Compleet leeg kom ik tot stilstand en buig over mijn stuur. Vele bekenden hier in de finishzone, maar praten lukt me nauwelijks. Mijn ademspieren zijn net als de benen compleet tot het uiterste gegaan.
De 40 zat er vandaag niet in, maar ben absoluut tevreden! Voor een vierde keer op een nieuwe fiets buiten en dan toch een PR...dat gaat een mooi seizoen worden. BRING IT ON!!!
zondag 21 april 2013
maandag 8 april 2013
Druk weekend...
Soms zijn er weekenden waarin meerdere leuke wedstrijden samenvallen en keuzes maken lastig is. Gelukkig heb ik die meestal 1x per jaar. Dit weekend stond de halve marathon Nunspeet en de ekiden in Zwolle op het lijstje. Gezien de tijden op de middenlange afstand (voor de marathonloper is 21km echt een exacte middenafstand) van de afgelopen weken was het doel om in ieder geval sub 1u20 te gaan en daarna de wedstrijd aan te zien en te kijken wat er aan positie mogelijk was.
Bij het startschot vliegt er een atleet als een idioot in. Binnen 1km had hij een voorsprong van 100m op jongens als Albert Meijer (1u11) en Fransua Woldemarian (1u12). Ik snap dat niet dat atleten zo hard starten (???). Gezien de geleefde kop (die ik nog snel zag) schatte ik hem op veteranenleeftijd en met Fransua ook voor me is mijn positie derde. Na wat kort zig-zagwerk door de bossen (een heuse korte cross) begon het parcours richting Zandenplas. De snelle man van de start werd langzaam alweer teruggehengeld en na een paar kilometer werd de positie overgenomen. Het glooiende parcours zorgde voor veel druk op mijn quadriceps waardoor mijn linker al snel verzuurde en verstijfde. Gaande de wedstrijd kwam hij echter wel weer los.
Tot zes kilometer was het mogelijk om het tempo behoorlijk strak te houden rond de lage 3m30. Voor me was Andre Knol inmiddels uit het zicht verdwenen en achter me werd de afstand ook groter. Druk om hard te blijven gaan verdween daarmee en het tempo zakte licht. Moest ook wel want de glooiingen maakten toch een flink offensief tegen de spieren en vroegen behoorlijk wat kracht. Het nieuwe nivo werd gevonden rond de 3m45 waarmee de voorsprong op nummer drie stabiliseerde. Na het korte rondje om de Zandenplas ging het parcours verder langs de snelweg (A28) en het Niemandsland werd nu letterlijk een niemandsland. Gedurende 2km was het parcours volledig leeg wat me het idee gaf ergens een bordje gemist te hebben. Vertwijfeld keek ik om me heen of ik herkenning zag me ondertussen realiserend dat verkeerd gelopen zijn onmogelijk was omdat er immers ook nergens een afslag was geweest. Rond het 10km punt (36m33) zag ik een teken van leven en wist ik weer dat ik goed zat.
Bij de doorgang eerste ronde hoor ik Jan de Bekker (speaker) omroepen dat het mijn weer was, lekker koud. Ik geef aan dat de 6 graden toch flink tropisch voelden en begin de tweede ronde. Nauwelijks een kilometer verder begint de druk op mijn buik zich aan te melden, maar met een tweede positie weiger ik toe te geven. Toch begint het tempo weer te vertragen en ook de brandende plek onder mijn voet helpt niet echt mee aan de concentratie. De voorsprong wordt langzaam kleiner en bij het ruime U-bochtje komt snelle starter terug op de tweede positie. Mentaal krijg ik een flinke dreun en het schild waarmee ik de buikdruk nog enigszins onder controle heb, breekt. Een kilometer later moet ik bij een heuvel het parcours af om de prophecy te fulfillen en zo sta ik voor de tweede keer in amper drie weken met mijn tri-suit omlaag.
Het oponthoud duurt ruim 90s maar daarna in mijn ritme komen lukt niet meer. De ademhalingsspieren zitten op slot, ik krijg het benauwd en de focus is weg. De snelheid blijft steken op 15kmu en wil zo snel mogelijk (wat dus niet meer lukt) naar de finish toe. Uiteindelijk inclusief stop toch een keurige 1u21m09 op de klokken en netto dus onder de gedoelde 1u20. Toch overheerst de frustatie dat ik mijn lichaam voor de tweede keer in korte wedstrijdtijd niet onder controle heb. Met mijn tijd (en toch ook de positie: 3e H40+) ben ik prima tevreden.
Een dag later mag ik aan de bak in Zwolle voor de afsluitende 7,2km Ekiden. Dat werd geen pretje want de spierpijn spoot mijn oren uit. De eerste kilometer ging nog wel, maar daarna werden de tanden snel lager gezet en was het bijna 5km lang overleven en voortslepen met alle spieren die ik nog kon activeren. Het team had me onverwacht op een tweede positie in beweging gezet, dus ik moest nog volhouden ook. Dat lukte toch prima en met bijna 16kmu werd ook dit jaar het zilver verzilverd. Nu maar even de loopbenen een dagje rust geven. Dat hebben ze wel verdient.
Bij het startschot vliegt er een atleet als een idioot in. Binnen 1km had hij een voorsprong van 100m op jongens als Albert Meijer (1u11) en Fransua Woldemarian (1u12). Ik snap dat niet dat atleten zo hard starten (???). Gezien de geleefde kop (die ik nog snel zag) schatte ik hem op veteranenleeftijd en met Fransua ook voor me is mijn positie derde. Na wat kort zig-zagwerk door de bossen (een heuse korte cross) begon het parcours richting Zandenplas. De snelle man van de start werd langzaam alweer teruggehengeld en na een paar kilometer werd de positie overgenomen. Het glooiende parcours zorgde voor veel druk op mijn quadriceps waardoor mijn linker al snel verzuurde en verstijfde. Gaande de wedstrijd kwam hij echter wel weer los.
Tot zes kilometer was het mogelijk om het tempo behoorlijk strak te houden rond de lage 3m30. Voor me was Andre Knol inmiddels uit het zicht verdwenen en achter me werd de afstand ook groter. Druk om hard te blijven gaan verdween daarmee en het tempo zakte licht. Moest ook wel want de glooiingen maakten toch een flink offensief tegen de spieren en vroegen behoorlijk wat kracht. Het nieuwe nivo werd gevonden rond de 3m45 waarmee de voorsprong op nummer drie stabiliseerde. Na het korte rondje om de Zandenplas ging het parcours verder langs de snelweg (A28) en het Niemandsland werd nu letterlijk een niemandsland. Gedurende 2km was het parcours volledig leeg wat me het idee gaf ergens een bordje gemist te hebben. Vertwijfeld keek ik om me heen of ik herkenning zag me ondertussen realiserend dat verkeerd gelopen zijn onmogelijk was omdat er immers ook nergens een afslag was geweest. Rond het 10km punt (36m33) zag ik een teken van leven en wist ik weer dat ik goed zat.
Bij de doorgang eerste ronde hoor ik Jan de Bekker (speaker) omroepen dat het mijn weer was, lekker koud. Ik geef aan dat de 6 graden toch flink tropisch voelden en begin de tweede ronde. Nauwelijks een kilometer verder begint de druk op mijn buik zich aan te melden, maar met een tweede positie weiger ik toe te geven. Toch begint het tempo weer te vertragen en ook de brandende plek onder mijn voet helpt niet echt mee aan de concentratie. De voorsprong wordt langzaam kleiner en bij het ruime U-bochtje komt snelle starter terug op de tweede positie. Mentaal krijg ik een flinke dreun en het schild waarmee ik de buikdruk nog enigszins onder controle heb, breekt. Een kilometer later moet ik bij een heuvel het parcours af om de prophecy te fulfillen en zo sta ik voor de tweede keer in amper drie weken met mijn tri-suit omlaag.
Het oponthoud duurt ruim 90s maar daarna in mijn ritme komen lukt niet meer. De ademhalingsspieren zitten op slot, ik krijg het benauwd en de focus is weg. De snelheid blijft steken op 15kmu en wil zo snel mogelijk (wat dus niet meer lukt) naar de finish toe. Uiteindelijk inclusief stop toch een keurige 1u21m09 op de klokken en netto dus onder de gedoelde 1u20. Toch overheerst de frustatie dat ik mijn lichaam voor de tweede keer in korte wedstrijdtijd niet onder controle heb. Met mijn tijd (en toch ook de positie: 3e H40+) ben ik prima tevreden.
Een dag later mag ik aan de bak in Zwolle voor de afsluitende 7,2km Ekiden. Dat werd geen pretje want de spierpijn spoot mijn oren uit. De eerste kilometer ging nog wel, maar daarna werden de tanden snel lager gezet en was het bijna 5km lang overleven en voortslepen met alle spieren die ik nog kon activeren. Het team had me onverwacht op een tweede positie in beweging gezet, dus ik moest nog volhouden ook. Dat lukte toch prima en met bijna 16kmu werd ook dit jaar het zilver verzilverd. Nu maar even de loopbenen een dagje rust geven. Dat hebben ze wel verdient.
Abonneren op:
Reacties (Atom)